Het voorstaan is zeer intens maar niet cataleptisch (de hond bevriest niet). De Braque Français behouden alle aandacht tijdens het voorstaan zodat zij gepast kunnen omgaan met het “coulé”.
De ideale positie voor de Braque Français bij het voorstaan is de staande positie. Het hoofd in de richting waar de verwaaiing vandaan komt, de oren een beetje gespitst, het oog gefixeerd, de staart minder hoog geheven dan bij de Duitse Staande en compleet stil (geen kwispelende staart).
Als de voorjager ver achterop is, kan het zijn dat de hond zijn kop draait naar de voorjager en vervolgens terug naar het wild alsof de hond de exacte plaats wilt aangeven waar het wild zich bevindt. Op dat moment dient de hond immobiel te zijn en mag hij niet vooruitgaan (couleren) naar het wild tenzij in opdracht van zijn baas.
Het opstoten van het wild kan min of meer energiek zijn maar is steeds autoritair. In alle gevallen moet de Braque Français gespannen blijven; het gebeurt soms, ondanks een autoritair coulé, dat het wild teveel afstand neemt, de hond kan dan enkele meters spoor lopen alvorens terug directe verwaaiing op te nemen.
De hond moet steady zijn bij het opvliegen van het wild en dient tevens schotvast te zijn.